Dat wat we zochten

Dat wat we zochten
achter taal lag-
we wisten het eens,
maar vergaten het weer
en spraken erover
tot diep in de nacht.

En dat er 's winters kunstlicht brandde-
het liet ons koud,
onvolmaakt en naakt
achter.

Of:
ZIe je die barst in mijn raam?
Een wanhopige merel vloog er tegenaan,
brak zijn nek en stortte 
drie verdiepen naar beneden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten